De ervaring leerde dat het landelijk opererende Natuurmonumenten onvoldoende zicht had op de bedreiging van de natuurgebieden in de verschillende provincies. Daarom zocht Van Tienhoven contact met regionale natuurbeschermers en provinciale bestuurders. Dit leidde tussen 1927 en 1936 tot de oprichting van elf provinciale natuurbeschermingsorganisaties, de Landschappen, waaronder die van Brabants Landschap in 1932. Ver na Piets dood, in 1986, kreeg ook de nieuwe provincie Flevopolder een natuurbeschermingsorganisatie: Stichting Het Flevolandschap.